Het vermogen om in het moment te zijn is een geschenk om te koesteren.

De Fondation Louis Vuitton nodigde David Hockney uit om in haar ruimten zo’n vierhonderd werken te tonen. Om maar te zeggen hoe uitzonderlijk de plaats is die hij krijgt in de geschiedenis van de hedendaagse kunst.

Traduction | VILLAS
3 minuten

Zijn werk uit de periode van 1950-2000 vormt een soort inleiding, maar de nadruk ligt op het ontdekken van de voorbije 25 jaar van creatie en vooral zijn nieuwe uitdrukkingsvormen: van keurige trek tot academische lijn, of van houtskool, potlood of inkt naar iets dat primitieve gebaren of vingerschetsen oproept. Die levendigheid, gekoppeld aan de beheersing van het picturale gebaar, is een constante bij Hockney. Hij viert zijn geliefkoosde lente en alle seizoenen die de natuurlijke cycli ritmeren als een bron van aanhoudend enthousiasme.

David Hockney onthoudt, registreert en bevraagt wat hij voor zich ziet. Met verf of aquarel in real time een vluchtig beeld vastleggen is zo goed als onmogelijk. Van zijn talloze stokpaardjes moeten we zeker de zwembaden en de portretkunst vermelden. Net als bij alle grote meesters heeft elk ordinair moment voor hem, met andere woorden, het potentieel om onsterfelijk te worden door het inzetten, in al hun oprechtheid, van zijn technische middelen. In de Verenigde Staten voelt hij zich aanvankelijk aangetrokken door New York. Wat later verkiest hij Los Angeles, waar hij zich aan het eind van de jaren 1960 vestigde. Hij wordt er al gauw dé figuratieve kunstenaar bij uitstek van deze uitgestrekte, zonnige stad met zijn ontelbare zwembaden. De expo brengt uit die periode een aantal iconische schilderijen, waaronder Bigger Splash, Amerikaanse landschappen en de vrije geest van het tolerante, hedonistische Californië.

“Do remember, they can’t cancel the Spring.” — D. H.

Velen vinden de 21e eeuw haar eerste kwart afsluiten in een zwaarmoediger sfeer. Voor wie het geluk heeft om goed te zien betekent ten volle leven nochtans datgene omarmen wat voor onze ogen onverminderd blijft evolueren. Met zijn talent om de essentie van het alledaagse te vatten bereikt Hockney een breed publiek. Als kind al, in het Noord-Engelse Bradford, net na WO II, wilde hij de wereld rondom hem observeren. Altijd heeft hij die ene gedragslijn gevolgd: doen wat hem na aan het hart ligt. Het is een van de mooiste ambities die een mens kan koesteren. Zijn blik onthult een wereld, de zijne, die beetje bij beetje ook de onze werd. Dat maakt hem zo belangrijk als getuige en artistiek referentiepunt. De werkelijkheid in zijn werk is altijd vervormd om aan te sluiten op het gekozen medium. Sinds de prehistorische rotsschilderingen al doet de mens moeite om zijn omgeving weer te geven met de middelen waarover hij beschikt. Een hand met kleurstoffen in een grot, een roman, een foto … ze getuigen alle van dezelfde wil om de wereld uit te drukken. Die zoektocht berust op een trouwe observatie van wat zicht toont. In bepaalde streken waar hij gewoond heeft miste Hockney een divers klimaat. Daarom trok hij naar Normandië en later naar Yorkshire, waar het licht elke dag voor een nieuw kleurenpallet zorgt. Het parcours van de expo leidt naar de kern en brengt een ode aan de plaatsen die hem inspireerden.

Na zijn succes in Los Angeles, keer hij vaker terug naar Engeland, waar hij landschappen schildert en tegelijk het genre en de technieken vernieuwt. “De natuur, dat is de eeuwige oneindigheid en om die reden wou ik in Yorkshire zijn.” De kunstenaar streeft een weergave na van de verblinding die de ontluikende lente veroorzaakt. Enige melancholie is zijn landschappen niet vreemd, vergeleken met de Californische zon. Maar ze tonen vooral zijn uitzonderlijke talent om het ontspruitende leven te capteren en zelfs nog aan te wakkeren. Dat doet hij bijvoorbeeld bij dode stammen waarin hij met sterk contrasterende kleuren de illusie van verkwikkend sap weet op te wekken. Het heden vereeuwigen, daar gaat het om. Hockney is een virtuoos in het vinden van de geschikte plastische oplossing om over te brengen wat hij ziet. Al heel vroeg gaat hij als geen ander ook de mogelijkheden van de iPhone en later de iPad gebruiken en laat hij een software ontwikkelen om optimaal en zo snel als hij maar wil met penseelstreken, kleuren en vormen te werken. De tentoonstelling illustreert zijn kijk op de wereld van vroeger en nu. We bevinden er ons middenin, alsof de notie tijd niet meer zou bestaan. De kunst, waarvan hij geduldig de geheimen ontrafelt en die hij op een unieke manier beoefent is de les van een heel leven gewijd aan muzikale creatie en schilderkunst.

Anders dan de Amerikaanse westkust waarvan we weten dat de zon er altijd schijnt, wisselen in Yorkshire regen en opklaringen elkaar voortdurend af. Dat is allicht minder spectaculair, maar voor wie een passie heeft voor dagelijkse contemplatie, zeker zo fascinerend. Het wisselvallige weer stelt hem voor praktische problemen en dwingt hem tot het vinden van technische oplossingen voor schijnbaar simpele onderwerpen, maar dan in het digitale tijdperk. Hij richt zich nu meer op de toekomst dan op het verleden en legt de weg open voor de komende generaties. Studenten of een jong publiek laat hij zien dat kunst kan ontstaan uit een wandeling, een spanning, een veld betreden bij het krieken van de dag. Je moet niet zozeer perfect leven, dan wel ten volle. Schilder, tekenaar, kunsthistoricus, pedagoog … David Hockney is het allemaal en nog veel meer wellicht.