Pakketbootstijl

Deze betonnen ‘woonmachine’ in Ukkel, bestaande uit twee vierkante basisvolumes, werd in 1936 ontworpen door architect Louis-Herman De Koninck.

Traduction | VILLAS
1 minuten

Ukkel was in 1936 niet meer dan een dorp. De Koninck woonde zelf vlakbij en tekende het huis volgens de grote principes van het modernisme: eenvoudige vorm in dienst van de functie en gebruik van nieuwe materialen zoals gewapend beton … Ingenieur Raoul Berteaux en zijn vrouw, dokter in de geneeskunde, gaven Louis-Herman De Koninck carte blanche, maar wilden alleen in het huis geen schoorsteen voor de centrale verwarming. Na de oorlog stond het lang leeg tot de adoptiezoon van het echtpaar Berteaux het in 2006 verkocht aan twee kunst- en designfanaten, Xavier De Breucker en Pascale Dedoncker. Nu prijkt in het salon een Kennedee-bank (Jean-Marie Massaud bij Poltrona Frau). Het salontafeltje is van Isamu Noguchi. In de eetruimte een El Dom-tafel van Hannes Wettstein (Cassina) en vintagestoelen Conférence van Eero Saarinen. De Multi-Lite-lichtarmaturen zijn van Louis Weisdorf (Gubi).

In het kantoor ligt een Wendingen-tapijt (Eileen Gray bij ClassiCon) en de werktafel is een S 851 van Marcel Breuer (Thonet). “Afgezien van de belabberde staat had het huis nog zijn oorspronkelijke vorm, afgezien van de verbrede schoorsteenpijp en het verwijderen van het hek en de muurtjes vooraan”, vertelt Xavier De Breucker. Bij de renovatie van de keuken hoort een leuk verhaal: “Toen we het huis vernieuwden was het door Louis-Herman De Koninck ontwikkelde Cubex-keukensysteem niet meer verkrijgbaar. We hebben dan maar een Bulthaup-keuken laten plaatsen. Tot ik op het idee kwam om het Cubex-merk opnieuw uit te brengen. Dat behoort ondertussen tot Brussels Exclusive Labels (BEL). De kwaliteit van Bulthaup is ongelofelijk, maar we misten toch het unieke karakter van een Cubex.” Sinds 2017 verkeren de oorspronkelijke witte kasten (model Magnolia uit 1937) in het gezelschap van zwarte exemplaren uit de nieuwe editie.

“Het opmerkelijkste aan het huis is de zeldzame cimorné-bepleistering. Dat is een lichtgekleurde cement met glas in als toeslagstof. Als de zon erop schijnt geeft dat een heel bijzondere glans. Deze coating werd ontwikkeld door glasspecialist Francart: met de borstel wordt een dun laagje cement aangebracht om daar dan marbrietafval tegen te spuiten.” Voor de renovatie van Huis Berteaux tekende architect Alain Delogne, die vier basisprincipes voor ogen hield: trouw aan het oorspronkelijke uitzicht, met restauratie van schrijnwerk en bepleistering, niets veranderen aan structuur en volume en garanderen dat de bijkomende inrichting omkeerbaar blijft, de functionaliteit van het huis, volgens modernistische voorschriften laten evolueren en van de renovatie gebruikmaken om de ecologische voetafdruk te verkleinen. In de slaapkamer met de erker die uitziet op de tuin prijkt nog een Lounge Chair van Eames met voetbankje (Charles en Ray Eames bij Vitra).